Thailand Tuesday // ending with a BANGkok

Thailand was onze tweede kennismaking met Azië: in juli 2014 reisden we drie weken met de trein, bus, boot en het vliegtuig door dit populaire backpackersland. Benieuwd naar onze volledige route? Dit vind je hier en hier.

In augustus neem ik je elke dinsdag mee op reis naar Thailand in deze Thailand Tuesday! Afsluiten met deze rubriek doe ik, met de hoofdstad Bangkok. Kon ik het maken om deze bruisende stad, clash tussen modern en authentiek, niet in deze reeks op te nemen? Ik vind alleszins al van niet, net zoals jij deze stad niet mag overslagen tijdens je reis door Thailand. Benieuwd wat deze metropool allemaal te bieden heeft?

In één woord? Veel. Bangkok heeft voor ieders wat wils en is een stad waar je gerust een week of langer in kan rondlopen zonder je te vervelen. Zelf was ik er twee keer voor telkens een twee à drietal dagen en twee keer bezocht ik hele andere delen van de stad. Twee keer een andere sfeer en een andere omgeving die zorgde voor een andere beleving. Hier wil ik je vooral enkele aanraders geven die, in mijn ogen, onmisbaar zijn bij een eerste bezoek aan deze stad.

Wat Pho – Uitzicht vanuit de kamer – offerplaats

Eerst en vooral: kies een goed hotel of hostel. Wij hadden niet veel zin in backpackersfeestjes op Khao San Road en boekten hier dan ook geen overnachting. Heb je wel zin in avonden vol wilde feestjes en wil je dichtbij de bezienswaardigheden van de oude stad zitten, dan is deze buurt wel een aanrader. Het S1 Hostel is fijn en biedt zowel gedeelde kamers als tweepersoonskamers en is gelegen op een boogscheut van het Lumphini Park. Onze ervaring met het vriendelijke personeel en hoe zij ons uit een relatiecrisis hielpen, lees je hier. (Oké, zo dramatisch was het nu ook weer niet. Maar toch. Een kleine firstworldproblems-crisis dan.)

Thailand is een van dé landen waar je voor weinig geld kan genieten van alle luxe. Wij verbleven dan ook al tweemaal in het heerlijke Eastin Grand Hotel. Dit vijfsterrenhotel heeft een eigen skytrain-ingang en een imposante inkomhal, een  infinity pool op de veertiende verdieping en wij verbleven in een prachtige kamer op het 22e verdiep met een fantastisch uitzicht over Bangkok. Uitstekende uitvalsbasis voor een citytrip dus! Zelf zou ik zeker aanraden om de ‘investering’ te doen: Bangkok is een drukke stad en het is heel fijn om ’s avonds in je hotel te genieten van alle luxe, af te koelen in het zwembad en te genieten van het uitzicht met een drankje in de hand. Voor iets meer dan zeventig euro per nacht inclusief ontbijt verbleven we in een van de beste hotels waar ik al geslapen heb (kan ook te maken hebben met mijn doorsnee budget natuurlijk ;-)). Over dat ontbijt gesproken: het is imposant en we konden er geen genoeg van krijgen. Lekkere koffie, verschillende soorten koffiekoeken, brood (na drie weken drie keer per dag rijst, werd ik lyrisch over normaal brood!), beleg, cornflakes, american breakfast, verse fruitsappen, dim sum, nasi goreng en nog meer aziatisch ontbijt, fruit, yoghurt, pannenkoeken, omelet, marshmallows, muffins… En yes, I saved the best for last, sushi als ontbijt! Kortom dertig meter aan lekkers maar je komt er de dag wel goed mee door 😉

Wat Pho (2) – zicht vanaf het skytrain platform

Nadat je je spullen hebt achtergelaten in je hostel of hotel naar keuze, raad ik je aan om meteen naar rivier te gaan die van noord naar zuid door de stad slingert. Hier zijn er voldoende opstapplaatsen waar je in een bootje kan stappen voor een kleine tocht over het water. Voor het mooie, heldere water moet je het niet doen want dat is er niet. Maar je glijdt langs de huizen, je ziet heel veel kleine stalls en tempels: kortom het leven gezien vanop het water. Stap uit aan de pier tegenover de Wat Arun, de witte Boeddhistische tempel ter ere van Aruna, de god van de Dageraad. Van hier loop je zo naar het koninklijk paleis waar je ook een van de heiligste tempels hebt, diegene van de emerald Buddha.

Aan tempels ter ere van Buddha is er geen gebrek in Bangkok (en Thailand of zelfs Azië in het algemeen). Je vindt er van alle formaten zoals deze van de Happy Buddha maar mijn favoriet was toch de imposante Wat Pho. In dit grotere tempelcomplex in het hartje van de oude stad kan je, samen met in het oranje gehulde monniken, ronddolen tussen de weldadig versierde stupa’s. Nadat je je schoenen op een rekje hebt gezet kan je, mits je gepast gekleed bent (dat wil zeggen schouders en knieën bedekt voor zowel mannen en vrouwen), kan je in de tempel zelf. Hier ligt een twintig meter lange liggende Buddha met prachtig versierde voeten en een tot in het detail versierde hoofdsteun. Indrukwekkend om te zien. (spoiler alert: hij heeft geen kont. De achterkant is volledig plat).

Buiten al de tempels kom je ook overal in de stad kleine altaartjes tegen om de goden te eren: op de hoek van de straat of voor een groot kantoorgebouw. Mensen offeren hier dan iets klein voor geluk en voorspoed, dit gaat van wierook, een bloem of wat rijst tot flesjes cola en kauwgum. De goden eten dit dan op. Of de straathonden en vogels, dat laat ik in het midden.

Tuktuk – Happy Buddha – offerplaats

In Bangkok heb je een redelijk goed metronetwerk en ook de skytrain moet je een keer nemen. Je glijdt door de stad, ter hoogte van de vierde verdieping. Zo zie je ook eens de stad vanuit een ander perspectief. In het oude deel van de stad heb je echter geen van beide, maar hier komt de tuktuk je redding brengen. Het is onmogelijk om geen tuktuk tegen te komen in de stad! Haal echter je onderhandelingsskills maar boven en weet ongeveer wat een ritje kost. (Deze en nog andere praktische tips voor jouw reis door Thailand kan je in dit artikel lezen.) Wij hadden trouwens een roze disco-exemplaar inclusief felgekleurde lampen.

Je kan niet in Thailand zijn zonder dat je gegeten hebt bij de vele street stalls die het land en dus ook Bangkok telt. Hier hoef je niet lang naar te zoeken, op bijna elke hoek van de straat vind je er, vooral vanaf 18u. Zo gingen wij onder andere een hapje eten in een doodlopend straatje in Chinatown. Laat je hier gewoon leiden door je neus (maar niet heus) en eet waar er veel mensen, voornamelijk locals, aan het eten zijn. Wel zin in keuze maar geen zin om te zoeken naar een goede streetstall? In de foodcourt in het Siam Center kan je letterlijk van verschillende culturen proeven en bij elke kraam iets uitkiezen. Neem vooral ook dingen die je niet kent maar pas op met de chillies, they do like it hot! Maar vooral smakelijk want er is geen betere manier om een land te leren kennen dan door zijn keuken.

Als je binnenkort naar Thailand gaat, dan kan je je met deze posts alvast inlezen in jouw toekomstige bestemming. De andere artikels van de rubriek Thailand Tuesday vind je hier.

Wil je geen post missen? Volg me dan op facebook, twitter en bloglovin!